“Ik weet het even niet meer. Ik heb zoveel stress. Ik moet zoveel doen en ik weet niet hoe, ik kan hierdoor niet meer slapen”

Ze is 11 jaar en zit tegenover mij aan tafel. Tranen biggelen over haar wangen. We nemen de tijd om dit gevoel er te laten zijn. Volledige acceptatie van de situatie en het gevoel hierbij. Als het ergste verdriet voorbij is, vraag ik haar om op te schrijven welke dingen haar wakker houden. “Eigenlijk is het niet zo veel” zegt ze als ze kijkt naar de drie dingen die ze heeft opgeschreven. Maar het voelt anders. Ik vraag haar te tekenen hoe het voelt. “Dit is mijn lijf. En dit is de stress, die is veel groter”. Het gevoel neemt bijna het hele blad in beslag. Vooral al haar gedachten over de dingen die af moeten. We kijken ernaar en constateren dat het gevoel anders is dan de feiten.

Uit zichzelf begint ze vervolgens oplossingen te bedenken voor de dingen die af moeten. Er is ineens weer ruimte in haar hoofd om dit te doen. Even later heeft ze voor al die drie dingen zelf een oplossing bedacht. “Dit voelt veel beter” constateert ze. Ze tekent hoe haar gevoel nu is. Klein en rustig.

We sluiten af met een ontspanningsoefening. Ze kan zich helemaal overgeven aan het moment. “Ik ben nu weer helemaal zen” zegt ze, voordat ze terug gaat naar de klas.

Wat ben ik trots op haar! Ze heeft geleerd haar gevoel te herkennen, te benoemen en om hulp te vragen. Wauw, wat een mooi leerproces!

Laat een reactie achter